Voorbeelden van de financiële gevolgen voor pensioenopbouw

Sam is 32 jaar, is getrouwd, werkt 40 uur in de bouw en besluit 32 uur te gaan werken. Sam is aangesloten bij pensioenfonds Bpf Bouw.

• Wat krijgt Sam nu per maand minder?
  Sam gaat 8 uur per week minder werken en ontvangt hierdoor ongeveer 15% minder salaris. Dit betekent dat hij/zij ongeveer € 320,- netto per maand minder te besteden heeft. Sam verdient nu €2.280,- netto per maand en gaat dan verdienen € 1.960,- netto per maand.
• Wat krijgt Sam later per maand minder?
  Als Sam tussen z’n 65ste en 66ste besluit om met pensioen te gaan, dan is zijn/haar maandelijkse pensioeninkomen ongeveer € 120,- netto per maand lager dan als hij/zij fulltime was blijven werken. Dat is netto 10% minder (alleen uitgaande van het aanvullende pensioen dat nog wordt opgebouwd). Als Sam 40 uur was blijven werken, nam het aanvullende pensioeninkomen toe met € 1.110,- netto per maand, dat wordt € 990,- netto per maand.
• Met hoeveel neemt zijn/haar pensioen in totaal af?
  Het totale bedrag dat Sam mist aan zijn/haar pensioen zal ongeveer € 27.000,- netto zijn.
• Wat is het effect voor zijn/haar partner bij overlijden?
  Het partnerpensioen in geval van overlijden zal ongeveer € 100,- netto per maand lager uitkomen.

Bo is 45 jaar, getrouwd, werkt 28 uur per week in het onderwijs en gaat 40 uur per week werken. Bo is aangesloten bij pensioenfonds ABP.

• Wat krijgt Bo nu per maand meer?
  Bo gaat 12 uur per week meer werken en ontvangt hierdoor ongeveer netto 20% meer salaris. Dit betekent dat hij/zij ongeveer € 800 netto per maand meer te besteden krijgt. Bo verdient nu € 3.030,- netto per maand netto en gaat dan  € 3.830,- netto verdienen.
• Wat krijgt Bo later per maand meer?
  Als Bo op 67 jaar besluit om eerder met pensioen te gaan, dan is zijn/haar maandelijkse pensioeninkomen ongeveer € 300,- netto per maand hoger doordat hij/zij meer is gaan werken. Dat is netto 18% meer (alleen uitgaande van het aanvullende pensioen dat nog wordt opgebouwd). Als Bo 28 uur per week was blijven werken nam het aanvullende pensioeninkomen toe met € 1.700,- netto per maand, dat wordt € 2.000,- netto per maand als hij/zij 40 uur per week gaat werken.
• Met hoeveel neemt zijn/haar pensioen in totaal toe?
  Ongeveer € 70.000,- netto.
• Wat is het effect voor zijn/haar partner bij overlijden?
  Het partnerpensioen in geval van overlijden zal ongeveer € 250,- netto per maand hoger uitkomen

Dani is 50 jaar, getrouwd, werkt in de thuiszorg. Dani gaat vanwege mantelzorg een halve dag minder werken: van 28 uur naar 24 uur. Werknemers in de sector VVT bouwen pensioen op bij het pensioenfonds Zorg en Welzijn. 

• Wat krijgt Dani nu per maand minder?
  Dani gaat 4 uur per week minder werken en ontvangt hierdoor ongeveer 7% minder salaris. Dit betekent dat hij/zij ongeveer 210,- euro netto per maand minder gaat verdienen. Dani verdient nu €2.170,- netto per maand en gaat dan verdienen  € 1.960,- netto pers maand.
• Wat krijgt Dani later per maand minder?
  Als Dani met zijn/haar pensioenleeftijd stopt met werken, dan is zijn/haar maandelijks pensioeninkomen ongeveer € 72,- netto per maand lager dan als hij/zij 28 uur was blijven werken. Dat is netto 9% minder (alleen uitgaande van het aanvullende pensioen dat nog wordt opgebouwd). Als Dani 28 uur was blijven werken, nam het aanvullende pensioeninkomen toe met € 504,- netto per maand, dat wordt € 432,- netto per maand.
• Wat loopt Dani totaal aan pensioenopbouw mis?
  Ongeveer € 15.000,- netto in totaal minder.
• Wat is het effect voor zijn/haar partner bij overlijden?
  Het partnerpensioen in geval van overlijden zal ongeveer € 43,- netto per maand lager uitkomen.

Lou is 30 jaar, is getrouwd, werkt 28 uur per week in het ziekenhuis als verpleegkundige en besluit 36 uur te gaan werken. Lou is aangesloten bij pensioenfonds Zorg & Welzijn.

• Wat krijgt Lou nu per maand meer?
  Lou gaat 8 uur per week meer werken en ontvangt hierdoor ongeveer 18% meer salaris. Dit betekent dat hij/zij € 440,- euro netto per maand meer te besteden heeft. Lou verdient nu € 2.390,- netto per maand en gaat dan verdienen € 2.830,-.
• Wat krijgt Lou later per maand meer?
  Als Lou met zijn/haar pensioenleeftijd stopt met werken, dan is zijn/haar maandelijkse pensioeninkomen circa €367,- per maand meer dan als hij/zij 28 uur was blijven werken. Dat is netto 22% meer (alleen uitgaande van het aanvullende pensioen dat nog wordt opgebouwd). Als Lou 28 uur per week zou blijven werken dan nam het aanvullend pensioeninkomen toe met € 1.683,- netto per maand, dat wordt € 2.050,- netto per maand als hij/zij 36 uur gaat werken. 
• Met hoeveel neemt zijn/haar pensioen in totaal af?
  Ongeveer € 85.000,- netto.
• Wat is het effect voor zijn/haar partner bij overlijden?
  Het partnerpensioen zal bij overlijden van Lou ongeveer € 240,- netto meer per maand zijn.

• In de berekeningen is uitgegaan van persona’s die een werkgeverspensioen hebben. Niet iedereen heeft een werkgeverspensioen. We tonen bij pensioenopbouw bovendien alleen het werkgeverspensioen (tweede pijler). AOW (eerste pijler) en eventuele aanvullende individuele verzekeringen (derde pijler) zijn niet meegenomen in de berekeningen. 
• De getoonde bedragen betreffen schattingen, waarbij uitgegaan is van een gemiddeld salaris en pensioenopbouw in desbetreffende beroepsgroep. Dit kan natuurlijk per persoon verschillen. Het zijn verwachte netto bedragen. Het pensioen kan uiteindelijk hoger of lager uitvallen, bijvoorbeeld als het beter of slechter gaat met de economie.
• Het kan natuurlijk zijn dat mensen ook recht hebben op toeslagen, waardoor hun besteedbaar inkomen groter is. Dat hebben we niet meegenomen in de berekeningen.
• In het uitklapscherm is te zien waarop deze schattingen zijn gebaseerd.
• Wil je weten wat de gevolgen van meer/minder werken zijn voor je eigen pensioensituatie? Log dan in op www.mijnpensioenoverzicht.nl, download de Pensioenchecker app van de Pensioenfederatie. Of neem contact op met je eigen pensioenuitvoerder.
• Berekeningen zijn gebaseerd op basis van het ‘oude’ pensioenstelsel (tot 1 januari 2028 hebben pensioenaanbieders de tijd om over te gaan op de nieuwe regels).
• Bij het berekenen van het totale pensioen is uitgegaan van de stelregel dat mensen nog gemiddeld 19 jaar leven na het bereiken van de AOW-leeftijd. Bekend is dat de levensverwachting per beroepsgroep verschilt, maar daar is geen rekening mee gehouden.
• Voor het gemak is vanuit gegaan dat dit persona’s zijn die hun hele leven in dezelfde beroepsgroep blijven werken (en ook bij hetzelfde pensioenfonds zijn aangesloten). In praktijk kan het natuurlijk anders zijn.