Gescheiden ouders moeten samen afspreken dat er genoeg geld is om te zorgen voor de kinderen. Soms is daarvoor kinderalimentatie nodig. Dat hangt bijvoorbeeld af van hoe jullie de zorg voor de kinderen verdelen en wie het meest verdient. Vier vragen én antwoorden over kinderalimentatie.
Ouders die uit elkaar gaan zijn verplicht om een ouderschapsplan te maken. In dit plan staan ook de afspraken over kinderalimentatie. De hoogte van de kinderalimentatie kun je zelf berekenen met een rekenhulp op internet. Komen jullie er samen niet uit? Laat je dan begeleiden door een advocaat of mediator. Zij kunnen ook een officiële berekening voor je maken.
De hoogte van de kinderalimentatie hangt af van het gezinsinkomen voor de scheiding en het inkomen van jou en je ex-partner na de scheiding. Daarbij spelen persoonlijke omstandigheden een grote rol. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk of je een nieuwe partner hebt en of je recht hebt op toeslagen van de overheid. Als de kinderalimentatie vaststaat dan stijgt dit bedrag elk jaar met een door de overheid vastgesteld percentage. Dit heet indexatie.
Een ouder is verplicht een kind te onderhouden tot het kind 21 wordt. Tot de 18e verjaardag ontvangt de andere ouder de kinderalimentatie. Daarna heeft het kind er zelf recht op. Als het kind daar toestemming voor geeft dan mag het geld nog steeds naar de ouder worden overgemaakt. Aanpassing van het alimentatiebedrag voor een kind boven de 18 jaar moet in overleg met het kind.
Soms is het nodig om de kinderalimentatie aan te passen. Bijvoorbeeld als één van jullie een nieuwe partner krijgt. Of wanneer het inkomen verandert. Jullie kunnen dan samen nieuwe afspraken maken. Lukt dit niet? Dan kan alleen de rechter de kinderalimentatie aanpassen.